Hoe betrouwbaar is een PCR-test?
De PCR-test heeft een zeer hoge test gevoeligheid, wat inhoudt dat het virus in een vroeg stadium van besmetting gedetecteerd kan worden. De test kan het virus dus ook al oppikken bij iemand die weinig virusdeeltjes bij zich draagt. De sneltest heeft een lagere testgevoeligheid en zal meer moeite hebben met het detecteren van het virus in een vroeg of laat stadium.
Ondanks dat de testen extensief zijn onderzocht, heeft elke test een foutmarge: een percentage van fout-positieven (iemand niet is besmet, maar een positieve uitslag ontvangt) en fout-negatieven (de patiënt is wel besmet, maar de test geeft een negatieve uitslag aan).
Deze foutmarge kan een aantal oorzaken hebben:
- Als je te vroeg na de besmetting laat testen, kan het zijn dat je nog te weinig virusdeeltjes bij je draagt: er is nog onvoldoende virus aanwezig en de test is (fout)negatief.
- Je bent te laat getest. Het kan dan zijn dat er niet genoeg virusdeeltjes meer aanwezig zijn in de cellen van je neus en keel om het virus aan te tonen. Dit leidt tot een (fout)negatief resultaat.
- Het kan ook zo zijn dat er een tijd na de besmetting van SARS-CoV-2, er alsnog virusdeeltjes in de neus en keel aanwezig zijn, zonder dat de persoon besmettelijk (meer) is.
- Een andere mogelijkheid is dat het slijm op een onjuiste manier of plek is afgenomen, of het verkeerde soort wattenstaafje is gebruikt.
Iedere test heeft een gegarandeerde foutmarge, de kans op fout positieve/negatieve uitslagen is zeer klein. Mensen kunnen besmettelijk zijn voordat ze ernstig ziek zijn of klachten hebben, sommige mensen krijgen zelfs helemaal geen klachten. Door te testen kunnen we de besmettelijke personen isoleren en de uitbraak van het virus sterk inperken.
Boek nu